Opruimen is nog niet zo makkelijk…
Je weet gewoon niet hoe je je huis opgeruimd krijgt. Je begint vol goede moed, maar al snel is het één grote chaos. Spullen liggen overal en je weet niet hoe je verder moet. Is dit herkenbaar voor jou?
Kijk eens of je ook één (of meerdere) van onderstaande punten herkent.
1. Je pakt het opruimen groots aan.
Je begint met het opruimen van bijvoorbeeld je overvolle keukenlade, maar je haalt gelijk alle laden en kastjes leeg. De kans is groot dat je dan zo overweldigd bent door alle spullen die los op het aanrecht liggen, dat je niet meer weet hoe je verder moet. Ruim één lade tegelijk op. Dan houd je het overzichtelijk.
2. Je haalt niet je hele (kleding)kast leeg.
De stapel broeken bijvoorbeeld, laat je in je kast liggen, want die wil je bewaren. Doe dat niet! Haal altijd alles per categorie uit je kast! Laat alles door je handen gaan. Dan pas kun je echt beslissen wat je ermee wilt doen. Een bijkomend voordeel van een lege kast: je kunt gelijk je kast even lekker schoonmaken van binnen.
3. Je loopt van de ene kamer naar de andere kamer.
Je bent bijvoorbeeld je keukenlade aan het opruimen en daar ligt een schroevendraaier in. Je bedenkt je niks, loopt naar de schuur en ruimt de schroevendraaier daar op. Of je legt hem achter in de hal, om later op te ruimen. Maar daar in de schuur of in de hal zie je weer wat anders liggen, wat daar niet hoort. Je neemt het mee en gaat dat eerst opruimen. En zo blijf je heen en weer lopen.
Blijf in de ruimte waar je aan het opruimen bent en zorg dat je de spullen die, in dit geval van de keukenlade, daar niet horen even apart legt. Zodat je die later kunt opruimen, als je de keukenlade klaar hebt.
4. Je bewaart teveel spullen.
Denk goed na over wat je allemaal bewaart. Je gaat niet voor niets opruimen, dat betekent dat je last hebt van de hoeveelheid spullen. Als je gaat uitzoeken, bedenk dan goed of dat je het vaak gebruikt en of dat je er blij van wordt. Maak gelijk de beslissing van wel of niet bewaren. Leg het niet aan de kant, want dan moet je er een andere keer weer over nadenken. Of het blijft weer rondzwerven in je huis. Blijf kritisch!
5. Je hebt geen vaste plek voor je spullen.
Je moet vaak zoeken naar je spullen, omdat je er geen vaste en logische plek voor hebt. Dus wordt het maar ergens neergelegd.
Als je al je spullen uitgezocht hebt, bedenk dan goed wat je in die kast of die kamer wilt opruimen. En dan kun je de spullen ook een vaste plek geven. Dus knutselspullen in de knutselkast, gereedschap in de gereedschapskist in de schuur, sleutels in het sleutelbakje enz… Doordat alles een vaste plek krijgt, hoef je er niet meer naar te zoeken. En als je het moet opruimen, weet je gelijk waar het moet liggen en hoef je daar niet meer over na te denken.
6. Je koopt alvast opbergspullen.
Hoe vaak heb jij al mandjes gekocht voordat je ging opruimen? Heb je ze ook echt gebruikt waarvoor je ze gekocht hebt?
Ga eerst uitzoeken en opruimen! Meestal kom je erachter dat je nog ergens mandjes hebt staan. Of je hebt 1 grote mand gekocht en je moet eigenlijk 2 kleinere hebben. Het kan ook zijn dat je veel minder mandjes nodig hebt, omdat er toch heel veel spullen weg kunnen. Als je alles uitgezocht hebt, kun je goed bepalen hoeveel mandjes je nodig hebt en hoe groot ze moeten zijn.
Ik ben benieuwd welke van bovenstaande fouten jij herkent.
Een hele belangrijke stap hierin is, dat je je ervan bewust bent. Probeer ze in gedachten te houden als je aan de slag gaat en probeer ze te voorkomen.
Ik heb een heel handig e-book geschreven ‘Waar begin je met opruimen?’. Dat is ook een aanrader om te lezen als je gaat opruimen.
Je kunt ook nog meedoen met mijn 10-daagse opruimchallenge. Deze start 23 september. Kijk voor meer informatie op www.georganiseerdverder.nl/10-daagse-opruimchallenge/.
Heb je nog vragen of kun je wel wat hulp gebruiken bij het opruimen, neem dan even contact met mij op via fianne@georganiseerdverder.nl. Ik help je graag!